
Tijdens de hongerwinter 1944/45 in een dorpje in de buurt van Zwolle woont de veertienjarige Michiel die niet kan wachten tot hij iets kan betekenen in het verzet. Dit tot ergernis van zijn vader, die als burgemeester vooral bezig is om escalaties in het dorp te voorkomen. Wanneer Michiel onverwacht een opdracht krijgt, is hij vastbesloten te bewijzen dat hij deze kan volbrengen. Hierdoor raakt hij betrokken bij de gevaren van de oorlog.