Wit-Rusland, 1943: de SS van Heinrich Heydrich en Hitlers Wehrmacht houden huis onder de bevolking van de dorpjes van de uitgestrekte Sovjet-republiek. De vijftienjarige Florja is getuige van extreme misdaden; hij trekt op met de partizanen in het bos en raakt verzeild in zijn geboortedorp waar iedereen is uitgemoord. De doorstane gruwelen veranderen de vrolijke jongen in een vroegoude man.